Digitaliseringsstrategie 2.0 toont vooruitgang, maar is eigenlijk versie 1.1
Een jaar geleden kwam het kabinet met de Nederlandse Digitaliseringsstrategie. Het kabinet zette eindelijk stappen richting één samenhangend beleid om Nederland mee te laten komen in de digitale revolutie. We misten toen nog wel iets vrij essentieels: een gevoel van urgentie. Het kabinet publiceerde nu de tweede versie met daarin duidelijke tekenen van vooruitgang. Maar waar het nieuwe versienummer een grote upgrade impliceert, zien wij een versie 1.1.
Vooruitgang
Allereerst verdient het complimenten dat dit Kabinet de samenhang in beleid steeds verder vorm weet te geven. Samenwerking op het gebied van digitalisering lijkt steeds meer de norm te worden. We zijn erg blij dat kunstmatige intelligentie dit jaar als eerste prioriteit wordt benoemd, met een visie waarin onze Ethische Code AI ook een plek heeft weten te vinden. Ook over de inzet op datadelen en de inzet op open data van de overheid zijn we enthousiast. Op het gebied van 5G zijn ook belangrijke stappen gezet met het bedrijfsleven samen, waar wij aan bij hebben kunnen dragen met het Handvest 5G en het 5G innovatienetwerk.
Maar die urgentie…
In deze versie 1.1 zien we helaas geen upgrade in het gevoel van urgentie. Het Kabinet heeft de ambitie uitgesproken om digitale koploper van Europa te worden, maar hoe we dit concreet gaan doen en hoeveel het daar in wil investeren is nog steeds niet duidelijk. De motie Wörsdörfer voor inzicht in investeringen in de Digitale Economie wordt immers beantwoord met een globaal overzicht van subsidies voor álle (ook niet-digitale) innovatie. Hoe kan het kabinet de ambitie voor digitale koploper waarmaken als het zelf het overzicht mist? Het samenhangende beleid is een goede eerste stap, maar overzicht schiet nog tekort. Ook missen we de link met het Klimaatakkoord dat zelf wél de kansen van digitalisering voor deze belangrijke transformatie benoemt. Tot slot valt ook op dat de verhouding in investeringen tussen het Digital Trust Center en het NCSC nog erg scheef loopt: slechts een heel klein deel van het totale budget gaat naar het mkb.
De blik vooruit
Onze hoop is dat het kabinet nu op stoom gaat komen. Met de Digitaliseringsagenda PO/VO en Curriculum.nu wordt er gewerkt aan grote stappen richting een toekomstige generatie die klaar is voor de 21e eeuw. Voor de voortgang met 5G blijft tijdige beschikbaarheid van de 3,5 GHz frequentie nog een zorgpunt, maar het beleid rondom de veilingen van frequenties krijgt steeds meer vorm. Daarnaast is het positief om te zien dat het Kabinet zo veel mogelijk aansluit op Europese ontwikkelingen en behoedzaam is met specifiek nationaal beleid. De digitale economie is een wereldwijde economie die zich heel moeilijk laat reguleren langs onze landsgrenzen. Veel beleid dat uit Brussel komt op het gebied van privacy en security wordt steeds concreter en Nederland is daarop goed aangehaakt. Wij hopen dat het kabinet op Prinsjesdag laat zien dat de prioriteiten niet alleen in woorden, maar ook in geld uitgedrukt kunnen worden. De uitgesproken ambities zijn alleen haalbaar met echte investeringen en een goede grip daarop. In het verlengde daarvan zijn wij ook erg positief over de oprichting van de tijdelijke commissie Digitale toekomst in de Tweede Kamer. Deze commissie die op initiatief van Kamerleden Verhoeven (D66), Buitenweg (GroenLinks), van Dam (CDA) en Middendorp (VVD) is opgericht heeft als doel om na te gaan hoe de Tweede Kamer zelf op een meer integrale manier naar het dossier Digitalisering kan kijken. Nederland ICT denkt daar de komende tijd graag over mee. De rol van het bedrijfsleven is immers onmisbaar. Wij blijven bijdragen aan de grote uitdagingen die voor ons liggen.