Kiest Nederland de progressieve kopgroep in Europees debat over opvolger E-commerce Directive?
De Europese Commissie werkt aan een opvolger voor het huidige E-commerce Directive. Deze Europese regels voor online dienstverlening zijn al bijna twintig jaar oud en vormen een belangrijke basis voor de bloei van de digitale economie. In de discussies over de Digital Services Act (DSA), die de E-Commerce Directive moet vervangen, tekent zich een verschil af tussen landen in Europa die de digitale economie omarmen en landen die vooral kijken naar gevestigde belangen.
Binnen Europa is er een kopgroep van negen landen uit Noord-, Midden en Oost-Europa die voorop lopen op het vlak van digitalisering en het denken over wetgeving in het digitale tijdperk. Aanstaande maandag (9/12) organiseert de Poolse regering een ontmoeting met vertegenwoordigers van deze landen. Ook de DSA staat hier op de agenda. Een uitgelezen kans voor Nederland om de samenwerking te zoeken met andere landen die het raamwerk van de afgelopen twintig jaar willen beschermen. En dat is hard nodig.
Het E-Commerce Directive heeft ons de afgelopen twintig jaar veel gebracht. Bedrijven als Google, Facebook en Uber konden groot worden omdat de Europese regels ze zekerheid gaven over hun positie en verantwoordelijkheden als intermediair. Binnen Europa gaan er echter stemmen op om de rol van digitale bedrijven onder de nieuwe DSA aan te passen. Met name conservatieve landen als Duitsland en Frankrijk voelen er veel voor om meer verantwoordelijkheid bij digitale bedrijven te leggen.
In een gezamenlijke brief van Europese branchevertegenwoordigers zetten we uiteen waarom dat schadelijk zal zijn voor de vrijheid van burgers, innovatie en economische groei. We roepen de Nederlandse regering op om zich samen met gelijkgestemde landen in te zetten voor een toekomstbestendig raamwerk de Europese digitale economie.