Interview Jeroen van der Tang: ‘ICT bespaart meer energie dan het verbruikt’
Velen kennen wel het weetje dat één Google-zoekopdracht net zoveel stroom kost als een lamp van 60 Watt een uur lang laten branden. Alleen stamt dat feitje uit 2008 én houdt het geen rekening met het alternatief: in de auto naar een bibliotheek rijden? “Of de vergelijking tussen een film vanaf Netflix streamen versus een VHS-band bij de videotheek halen met je auto”, weet Jeroen van der Tang, manager Duurzaamheid en Milieu bij branchevereniging Nederland ICT.
Bredere blik op het bereik
Hij legt uit dat het niet simpelweg gaat om het verbruik van één element of component. Een bredere blik op energie en duurzaamheid maakt niet alleen wijzer, maar is ook beter voor het milieu. Van der Tang draagt aan dat slimme inzet van ICT-middelen veel bespaart en nog veel meer kan besparen. Ook juist voor andere sectoren. Enerzijds is er de eigen energiebesparing van ICT-bedrijven, anderzijds is er de impact in de keten: “De besparing die jouw klanten kunnen behalen”, legt Van der Tang uit. “Bijvoorbeeld door slimmere routeplanning.”
‘We lopen ruim voor op de doelstellingen van het energieconvenant’
De toepassingsgebieden zijn breed, zeer breed. Van der Tang schetst het bereik: “Denk bijvoorbeeld aan mobiliteit, waar zowel TomTom als Skype aan bijdragen. Denk aan logistiek, waar freight sharing kan voorkomen dat er lege vrachtwagens terugrijden.” Goede ICT-inzet kan voor hele andere industrieën dus veel schelen. Uit de recente studie #Smarter2030 blijkt dat “de impact van IT op andere sectoren zeker een factor tien is”. Ofwel: wat ICT aan energie verbruikt om functies te vervullen in andere sectoren scheelt tien keer dat verbruik.
Doelstellingen 2020
Vanzelfsprekend is de ICT-industrie zelf ook bezig het verbruik terug te dringen en kritisch te kijken naar de duurzaamheid van de gebruikte middelen. “We moeten op brancheniveau onze verantwoordelijkheid nemen.” Aan Nederland ICT en Stichting ICT Milieu de schone taak om dit uit te voeren. Dat gebeurt onder meer middels het MJA3-convenant tussen de ICT-sector en de overheid, waarin de bedrijven bijna vijfhonderd concrete besparende maatregelen hebben toegezegd.
“We hebben met commitment afgesproken om tegen 2020, 30 procent efficiënter te worden. Dat gebeurt in cycli van vier jaar, waarbij we nu halverwege de cyclus 2013-2016 zitten en al op 72 procent van de doelstelling voor deze periode.” Volgend jaar worden de plannen voor de volgende cyclus gemaakt, waarbij dus het behaalde van dit jaar weer geldt als baseline voor die nieuwe periode.
Cloudbesparingen
Opvallend genoeg duikt ook de vraag op waar de ‘grens’ van het energieverbruik van de Nederlandse ICT-sector ligt. ICT-gebruik hier komt namelijk niet altijd neer op energieverbruik binnen de landsgrenzen. Zo kan de toename aan cloudgebruik schelen voor het Nederlandse energieverbruik wanneer de datacenters voor die cloudservices in het buitenland staan. Van der Tang geeft aan dat de trend eerder omgekeerd is: Nederland is een belangrijk Europees knooppunt met uitstekende digitale infrastructuur, waardoor grote datacenters zich graag blijven vestigen in Nederland.
Zie maar de nieuwbouw van Google in het Groningse Eemshaven. Het nieuwe datacenter krijgt een capaciteit van zo’n 120 megawatt en zal tienduizenden servers huisvesten op een terrein ter grootte van veertig voetbalvelden. En Google is niet de enige IT-reus die neerstrijkt in Nederland.
‘Afval’ benutten
Ondanks de ogenschijnlijke stijging in energieverbruik die dergelijke IT-installaties met zich meebrengen, kan dit juist goed zijn voor verlaging van het nationale verbruik. Van der Tang legt uit dat cloudgebruik vaak ter vervanging is van eigen, interne datacenters die relatief inefficiënt zijn. De spreekwoordelijke server in de bezemkast, zeg maar. Dat steekt schril af tegen de schaalgrootte, innovatie en daarmee efficiency van gedeelde datacenters.
Zo wordt er druk geïnnoveerd met koeling en herbenutting van restwarmte. Nederland kent al meerdere voorbeelden van restwarmtebenutting voor kantoren of warmte-uitwisseling met de natuurlijke omgeving. Van der Tang noemt als recent voorbeeld het nieuwe KPN-datacenter in Eindhoven dat is aangesloten op de ‘warmtering’ van de High Tech Campus. Voor die innovatieve aanpak heeft het de ICT Milieu Awards toegekend gekregen. “Restwarmte dus niet dumpen, maar in de buurt gaan benutten. We kunnen paprika’s of algen gaan kweken met restwarmte.”
Groene software
Bovendien speelt tegenwoordig niet alleen infra en hardware een rol. “Lange tijd lag de focus op de efficiency van de koeling, waar dan ook grote slagen zijn gemaakt. Nu wordt er ook meer gekeken naar de softwarelaag. ‘Groene software’ die de hardware aanstuurt en zorgt voor efficiënt gebruik van de capaciteit door slimme scheduling, virtualisatie en meer. Dat is een hele interessante ontwikkeling.”
Nederland verricht op dit vlak wereldwijd pionierend onderzoekswerk, wat zelfs software-ontwikkeling raakt. ‘Green development’ is geen marketingsprookje. Nederland ICT en haar leden dragen hier actief aan bij, onder meer in het Kennisnetwerk Groene Software en het Amsterdamse project Greening the Cloud.
De wereld winnen
Terwijl er al veel gewonnen is, vallen er nog grote slagen te maken, binnen en buiten de ICT-sector. Naast lager energieverbruik en duurzame herbenutting van bijvoorbeeld restwarmte zijn er nog andere grote thema’s waar Nederland ICT en ICT Milieu zich hard voor maken.
Denk futuristisch aan smart cities met automatisch dimmende straatlantaarns, de ontwikkelingen in smart homes, en de cruciale rol van ICT in de nu nog prille energietransitie naar smart grids. Denk ook meer down-to-earth aan recycling van afgedankte apparaten en vervanging van oudere, minder energie-efficiënte hardware.
In Nederland wordt afgedankte ICT-apparatuur in opdracht van ICT Milieu netjes door Wecycle ingezameld en verantwoord verwerkt. Sinds juli dit jaar gebeurt dat volgens strenge regels voor e-waste recuclers. Uit de hardwarerecycling wordt 85 procent van het materiaal teruggewonnen. Daarnaast wordt bij verbranding de warmte weer teruggewonnen. Duurzaamheid en Green IT zijn de mode voorbij en vallen tegenwoordig wel USP’s (unique selling points) te noemen.
Dit interview verscheen in december 2015 in Dutch IT-channel en Executive People.