18 april 2016

Column Lotte de Bruijn: ‘Grootgebruiker’

DUURZAAMHEID

Ik heb het maar eens nagezocht. Eén Petabyte komt overeen met een toren van 1,8 km hoog van gestapelde cd-romschijven, maar dan wel zonder doosje. Wat er in één dag aan verkeer voorbij komt op de AMS-IX staat gelijk aan ruim 700 jaar Youtube filmpjes in Full HD kwaliteit. De hoeveelheid data wordt nooit meer minder, alleen nog maar meer.

Het is dan ook niet verwonderlijk dat het aantal datacenters in hoog tempo groeit. Nederland is vanwege de hoogwaardige digitale infrastructuur een zeer aantrekkelijke vestigingsplaats voor datacenters. Er zijn er zelfs met een omvang van veertig voetbalvelden groot. Geen land in Europa heeft verhoudingsgewijs zoveel datacenters als ons land. We slaan steeds meer op in de cloud, zoals dataslurpers als foto’s, muziek en video. De groei van het internet-of-things vormt een nieuwe bron. Miljarden apparaten en sensoren zorgen voor een gestage stroom aan data. Vele kleine bestandjes maken een groot totaal. Vaak wordt de groei aan data gekoppeld aan een evenredige groei van energie. Voor sommigen is dat een reden tot zorg. Het goede nieuws is dat ondanks de groei aan data het energieverbruik van ICT stabiel is. De groei van energieverbruik door datacenters wordt gecompenseerd door zuiniger apparaten bij consumenten en bedrijven. Ook is de energie-efficiency van cloudtoepassingen veel hoger dan van servers die bij bedrijven staan opgesteld.

Een ander positief effect komt van steeds groener wordende software. Software wordt namelijk steeds energiezuiniger. Ik ben heel blij dat de ICT-sector zich zo nadrukkelijk van zijn goede, duurzame, kant laat zien. Het wordt zelfs nog wat mooier. Uit recent onderzoek blijkt dat we richting 2020 mogen rekenen op een daling van energieverbruik van ICT met tien tot twintig procent. Dat is een mooi vooruitzicht. Zeker als je daarbij optelt dat zeventig procent daarvan duurzame energie betreft. Data draait steeds vaker op wind. De restwarmte van datacenters kan ook nog beter benut worden. Dat gebeurt nu al op de High Tech Campus in Eindhoven.

Er zit daarnaast nog volop potentie in energiebesparing door de inzet van ICT. Ik denk daarbij aan zuinige smartbuildings, besparingen dankzij slimme meters en thermostaten en in de logistiek. Betere planning en het informeren van de klant via een app’je wanneer zijn online-bestelling wordt afgeleverd, zorgen voor aanzienlijke besparingen. Overigens wordt het energienet dankzij ICT steeds slimmer. Door zogenaamde smart grids wordt het mogelijk om flexibel in te spelen op het wisselende aanbod van wind en zon. Als we elektriciteit gebruiken als het volop voorhanden is, dus wanneer het hard waait of de zon schijnt, maken we er optimaal gebruik van. Dan hoeven windmolens niet stil te staan als er sprake is van meer aanbod dan vraag.

Gelukkig zijn de ontwikkelingen op het gebied van geavanceerde accu-technologie veelbelovend. Bezitters van zonnepanelen hoeven hun teveel opgewekte energie binnenkort niet langer terug te leveren aan het net, maar kunnen die opslaan in hun eigen accu. Daar heeft iedereen baat bij. Als we alle mogelijkheden benutten voorzie ik ook na 2020 een verdere daling van het energieverbruik. Zelfs als de data-explosie aanhoudt. Ik kan met een gerust hart stellen dat de ICT-sector niet alleen duurzaam is, maar ook duurzaamheid mogelijk maakt. Dat is in tegenspraak met wat velen denken. Toch goed om te weten als weer eens iemand begint over hoeveel stroom een zoekopdracht op internet kost.

Deze column verscheen in april 2016 in ChannelConnect.